De rol van een schildersbedrijf bij circulaire huurwoningen
Op 5 januari kregen zeven huurders de sleutels van de eerste circulaire huurwoningen in Twente uitgereikt. Een bijzonder project opgezet door woningcorporatie De Woonplaats en zeven partners, waaronder Gebr. van der Geest uit Enschede. Wij vroegen ons af wat de rol van het schilders- en onderhoudsbedrijf bij het project is. Bas van der Geest, één van de twee broers die het bedrijf leidt, legt uit hoe drie van hun eigen innovaties terug te vinden zijn in de woningen.
Na een masterclass circulair bouwen van Pioneering bleven bij Van der Geest de opgedane kennis en ideeën in zijn hoofd hangen. Hij hield contact met een aantal deelnemers die dezelfde masterclass volgden. Tot zij uiteindelijk elkaar aankeken en zeiden: ‘Laten we het gewoon in de praktijk brengen!’
Op basis van gelijkwaardigheid
Inmiddels is het project opgeleverd en kenmerkt het zich vooral doordat het volledig demontabel gebouwd is. Geen lijm, kit of spijkers, maar schroeven en moeren. Van der Geest benadrukt dat de circulaire bouweconomie niet alleen voor bouwers en architecten is. ‘We zitten allemaal, ook wij als schildersbedrijf, gelijkwaardig in het project. Daardoor lopen we misschien iets meer risico dan normaal, maar de keuzes zijn transparanter en in consensus.’
Sociale woningbouw moet betaalbaar blijven en met de druk op de huidige woningmarkt kan je niet om de begrippen ‘tijd’ en ‘geld’ heen. Toch hoeven dat volgens Van der Geest geen spelbrekers voor de ambities te zijn. ‘Aan de voorkant kost het misschien iets meer dan traditioneel. Maar je verdient het terug omdat de woningen demontabel gebouwd zijn en dat zorgt voor een hogere restwaarde op de gebruikte materialen. Het kostte in het begin ook iets meer tijd. Al geloof ik dat als dit de standaard wordt, het sneller kan. En daarmee kan het uiteindelijk goedkoper.’
Van der Geest is zich ervan bewust dat er een andere denkwijze bij corporaties nodig is om dit soort projecten te laten slagen. Hij prijst daarom ook de houding van de corporatie. ‘De Woonplaats heeft echt hun nek uitgestoken voor dit project.’
Met drie innovaties in het project
Van der Geest is trots dat het bedrijf met verschillende innovaties op schilderwerk, glaszetten en wandafwerking in de woning terug te vinden is.
‘Bij het schilderwerk hebben we onze eigen Rolsma biobased verf toe kunnen passen die we in 2010 samen met Anker Stuy hebben ontwikkeld. Hierbij zijn chemische componenten waar mogelijk vervangen door natuurlijke, zoals lijnolie. Helaas is het nog niet volledig natuurlijk, omdat het drogingsproces buiten anders niet snel genoeg kan.’ Toch heeft Van der Geest het volste vertrouwen in fabrikanten dat zij snel in staat zijn een 100% biobased variant te ontwikkelen.
‘De woningen zijn voorzien van vacuümglas, dat vrijwel dezelfde isolatiewaarde heeft als tripleglas. Het voordeel hierbij is dat er minder lekkage is van edelgassen tussen de beglazing, waardoor de isolatiewaarde langer behouden blijft. Daarnaast bespaar je transportkosten, omdat het lichter is. En het glas is 100% recyclebaar.’
Een muur met oude spijkerbroeken
Van der Geest heeft de bewoners een aanbod gedaan voor de bijzondere wandafwerking genaamd DenimTex. Dit is een textielstuc gemaakt van oude spijkerbroeken dat het bedrijf samen met Saxion Hogeschool heeft ontwikkeld. ‘Wat dit 100% circulair maakt, is dat je de vezels kan afstomen en opnieuw kan gebruiken. Ik denk dat het voor de bewoners ook erg fijn is om deze textielstuc toe te passen aangezien het een vochtregulerende en geluiddempende werking heeft.’
Hoewel Jeans on the Wall een soort textielstuc is, heeft Van der Geest nog geen stukadoors hoeven in te huren. ‘We leren onze schilders hoe zij het aan kunnen brengen en dat pakken ze razendsnel op. Ik krijg ook vaak te horen dat ze het leuk vinden om er mee te werken. Het is nieuw, het is niet vies en het stoft niet. We gaan zelfs gastlessen geven aan studenten van Schildersvakopleiding Hengelo voor hun circulaire pilot.’
Samen op een circulaire reis
Ondernemers maken behoorlijke stappen richting 2050, vaak vanuit intrinsieke motivatie. Van der Geest kijkt daarvoor ook naar de overheid. ‘We zouden nog grotere stappen maken als de overheid duidelijker is en meer logischere keuze maakt. Waarom betalen we nu twee keer BTW over een hergebruikt stuk? Misschien moeten ze nieuwe grondstoffen juist relatief duurder maken om transitie te versnellen.’ Ook voor de sector heeft Van der Geest een advies. ‘We moeten elkaar meenemen op een circulaire reis, samenwerken en samen kennis delen, elkaar inspireren met dit soort projecten. De circulaire bouweconomie gaat tenslotte over circulair bouwen én onderhouden.’