Schilders genoemd in KWF-onderzoek naar beroepsmatige blootstelling aan kanker

Schilders genoemd in KWF-onderzoek naar beroepsmatige blootstelling aan kanker

Vandaag publiceerde KWF Kankerbestrijding de resultaten van een door TNO uitgevoerd onderzoek naar de bijdrage van beroepsmatige blootstelling aan kanker in Nederland. In het Algemeen Dagblad is het vandaag voorpaginanieuws dat ‘werk jaarlijks bij 7.000 mensen tot kanker leidt’. In het onderzoek zijn vier beroepsmatige blootstellingen meegenomen te weten: asbest, kristallijn silica, dieselmotorenemissie en UV-straling. Daarnaast zijn twee beroepen onder de loep genomen, namelijk schilders en lassers.

Blootstelling

Wat betreft de blootstelling bij schilders wordt genoemd:

• blootstelling aan verschillende oplosmiddelen
• blootstelling aan pigmenten
• blootstelling aan additieven.

Voor OnderhoudNL is ieder geval van kanker veroorzaakt door het werk er eentje te veel. Daarom staat veilig en gezond werken met gevaarlijke stoffen bij ons hoog op de agenda. Ons doel is om te komen tot volledige vervanging van producten met kankerwerkkende stoffen door ongevaarlijke of minder gevaarlijke producten.

Veiligheidsinformatiebladen

Daarvoor is het nodig om te weten waar we mee werken en welke minder schadelijke alternatieven er zijn. Dit is voor individuele bedrijven complex om te herleiden uit de veiligheidsinformatiebladen voor de grote aantallen producten die in omloop zijn. Daarom hebben Arboplaats en OnderhoudNL de door TNO gevalideerde 'gevaarlijke stoffen-module' ontwikkeld en beschikbaar gesteld.

Gevaarlijke stoffen-module

Deze module leest de veiligheidsinformatiebladen die de bedrijven van de leverancier krijgen automatisch in, bepaalt de grenswaarden van de componenten en producten, maakt de blootstellingsberekeningen en bepaalt de beheersmaatregelen. Al ruim 300 leden zijn via onze training ‘Gevaarlijke stoffen – goed geregeld’ met de module aan de slag gegaan. Momenteel werken we aan aanvullende apps voor de gebruikers en om het vervangen van de schadelijkste producten door minder schadelijke alternatieven, te stimuleren.